De positie van aandeelhouders in beursvennootschappen (e-Book)

een analyse van recht, gebeurtenissen en ideeën

Prijs € 123,00

Niet beschikbaar

EPUB met digitaal watermerk | Juni 2017 |

Beoordeel dit boek als eerste!

Beschrijving

Basistekst In de periode tussen 1999 en 2004 is de positie van aandeelhouders in Nederlandse beursvennootschappen aanzienlijk versterkt. Dit gebeurde onder meer via wetgeving (de Wet structuurregeling uit 2004), zelfregulering (de Code Tabaksblat uit 2003) en rechtspraak (de beschikkingen van de Ondernemingskamer en de Hoge Raad inzake Gucci, RNA en HBG tussen 1999 en 2003). Naast een versterking op juridisch niveau was ook sprake van een versterking op feitelijk- en op normatief niveau. In de jaren na 2004 bleek dit bouwwerk rond de positie van aandeelhouders in beursvennootschappen evenwel op punten in de praktijk anders uit te pakken dan was voorzien. Dit uitte zich onder meer in een toegenomen kwetsbaarheid van Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen voor aandeelhoudersactivisme en overnamegeschillen. Dit boek beschrijft de herkomst van de ontwikkelingen tussen 1999 en 2004 en analyseert de gevolgen ervan, inclusief de correcties die in de jaren erna op deze ontwikkelingen zijn aangebracht. Aan het slot wordt stilgestaan bij de vraag welke lessen uit deze episode getrokken kunnen worden voor de verdere rechtsontwikkeling in het ondernemingsrecht voor beursvennootschappen. In zoverre behelst dit boek zowel een evaluatie van het ondernemingsrecht over de positie van aandeelhouders in beursvennootschappen dat met wetgeving, zelfregulering en rechtspraak in de periode tussen 1999 en 2004 tot stand is gebracht als ook een verkennende studie met het oog op mogelijke toekomstige aanpassingen in wetgeving en zelfregulering. Noem de belangrijkste reden waarom de klant de publicatie moet hebben. Het boek geeft een evaluatie als ook een interpretatie- en beoordelingskader voor de thans weer actueel geworden erfenis uit het ondernemingsrecht voor beursvennootschappen van rond de eeuwwisseling, in het bijzonder bevoegdheden die indertijd in de Wet structuurregeling aan aandeelhouders zijn toegekend, de opkomst van het instrument van de Code en de jurisprudentie van de Ondernemingskamer en de Hoge Raad over overnamegeschillen en beschermingsconstructies. Bij welke actuele ontwikkelingen in de markt/het vakgebied sluit de publicatie aan? Naar aanleiding van deze studie kunnen bepaalde perspectieven worden geformuleerd die bij de toekomstige ontwikkeling van het ondernemingsrecht voor beursvennootschappen een rol zouden kunnen spelen. Deze vraag is actueel in het licht van de modernisering van het N.V.-recht en de mogelijke heroriëntatie op de verhoudingen in beursvennootschappen tussen de aandeelhouders onderling en de aandeelhouders enerzijds en de vennootschapsleiding anderzijds die in december 2016 in de 'Nota voortgang modernisering ondernemingsrecht' zijn aangekondigd. Daarnaast steken aandeelhoudersactivisme en vijandige overnamebiedingen op Nederlandse beursondernemingen weer de kop op. Dit maakt dat het juridisch kader rond de positie van aandeelhouders en beschermingsconstructies dat in de periode tussen 1999 en 2004 tot stand is gebracht thans weer actueel is. Waarin onderscheidt de publicatie zich in de markt? En ten opzichte van bestaande uitgaven? Het boek behelst niet alleen een analyse van het recht, maar ook een analyse van gebeurtenissen en ideeën. Het boek maakt de wisselwerking tussen de rechtsontwikkeling enerzijds en veranderingen in ideeën en feitelijke ontwikkelingen anderzijds inzichtelijk. Vanuit dit perspectief trekt de auteur lange lijnen door de achterliggende ideeëngeschiedenis waarbij hij laat zien welke juridische, feitelijke en normatieve ontwikkelingen aan de rond de eeuwwisseling tot stand gebrachte versterking van de positie van aandeelhouders in beursvennootschappen ten grondslag lagen. Als onderdeel van deze ideeëngeschiedenis geeft de auteur onder meer een separate beschouwing over de ontwikkeling van de rechtseconomische benadering van het ondernemingsrecht ('law & economics') waarbij hij ook de invloed van bepaalde daarin ontwikkelde ideeën en concepten op ondernemingsrechtelijke discussies in wetenschap en beleid probeert te duiden. Voorts bevat het boek nog een hoofdstuk waarin bij wijze van functionele rechtsvergelijking bepaalde ontwikkelingen op het gebied van ondernemingsrecht voor beursvennootschappen in Duitsland en in het Verenigd Koninkrijk worden beschreven. Voor wie is de publicatie met name bedoeld? In welk onderdeel van het werk is de publicatie voor de doelgroep cruciaal? Het boek is vooral bedoeld voor rechters, wetgevingsjuristen en advocaten die in de ondernemingsrechtelijke praktijk werkzaam zijn als ook voor ondernemingsrechtswetenschappers.

Volledige beschrijving

Specificaties

Uitgever
Wolters Kluwer Nederland B.V.
ISBN
9789013143676
Formaat
EPUB met digitaal watermerk
Publicatiedatum
Juni 2017
Bestandsgrootte
887507 bytes
Taal
Nederlandstalig
Aantal Pagina's
706

Beschrijving

Basistekst In de periode tussen 1999 en 2004 is de positie van aandeelhouders in Nederlandse beursvennootschappen aanzienlijk versterkt. Dit gebeurde onder meer via wetgeving (de Wet structuurregeling uit 2004), zelfregulering (de Code Tabaksblat uit 2003) en rechtspraak (de beschikkingen van de Ondernemingskamer en de Hoge Raad inzake Gucci, RNA en HBG tussen 1999 en 2003). Naast een versterking op juridisch niveau was ook sprake van een versterking op feitelijk- en op normatief niveau. In de jaren na 2004 bleek dit bouwwerk rond de positie van aandeelhouders in beursvennootschappen evenwel op punten in de praktijk anders uit te pakken dan was voorzien. Dit uitte zich onder meer in een toegenomen kwetsbaarheid van Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen voor aandeelhoudersactivisme en overnamegeschillen. Dit boek beschrijft de herkomst van de ontwikkelingen tussen 1999 en 2004 en analyseert de gevolgen ervan, inclusief de correcties die in de jaren erna op deze ontwikkelingen zijn aangebracht. Aan het slot wordt stilgestaan bij de vraag welke lessen uit deze episode getrokken kunnen worden voor de verdere rechtsontwikkeling in het ondernemingsrecht voor beursvennootschappen. In zoverre behelst dit boek zowel een evaluatie van het ondernemingsrecht over de positie van aandeelhouders in beursvennootschappen dat met wetgeving, zelfregulering en rechtspraak in de periode tussen 1999 en 2004 tot stand is gebracht als ook een verkennende studie met het oog op mogelijke toekomstige aanpassingen in wetgeving en zelfregulering. Noem de belangrijkste reden waarom de klant de publicatie moet hebben. Het boek geeft een evaluatie als ook een interpretatie- en beoordelingskader voor de thans weer actueel geworden erfenis uit het ondernemingsrecht voor beursvennootschappen van rond de eeuwwisseling, in het bijzonder bevoegdheden die indertijd in de Wet structuurregeling aan aandeelhouders zijn toegekend, de opkomst van het instrument van de Code en de jurisprudentie van de Ondernemingskamer en de Hoge Raad over overnamegeschillen en beschermingsconstructies. Bij welke actuele ontwikkelingen in de markt/het vakgebied sluit de publicatie aan? Naar aanleiding van deze studie kunnen bepaalde perspectieven worden geformuleerd die bij de toekomstige ontwikkeling van het ondernemingsrecht voor beursvennootschappen een rol zouden kunnen spelen. Deze vraag is actueel in het licht van de modernisering van het N.V.-recht en de mogelijke heroriëntatie op de verhoudingen in beursvennootschappen tussen de aandeelhouders onderling en de aandeelhouders enerzijds en de vennootschapsleiding anderzijds die in december 2016 in de 'Nota voortgang modernisering ondernemingsrecht' zijn aangekondigd. Daarnaast steken aandeelhoudersactivisme en vijandige overnamebiedingen op Nederlandse beursondernemingen weer de kop op. Dit maakt dat het juridisch kader rond de positie van aandeelhouders en beschermingsconstructies dat in de periode tussen 1999 en 2004 tot stand is gebracht thans weer actueel is. Waarin onderscheidt de publicatie zich in de markt? En ten opzichte van bestaande uitgaven? Het boek behelst niet alleen een analyse van het recht, maar ook een analyse van gebeurtenissen en ideeën. Het boek maakt de wisselwerking tussen de rechtsontwikkeling enerzijds en veranderingen in ideeën en feitelijke ontwikkelingen anderzijds inzichtelijk. Vanuit dit perspectief trekt de auteur lange lijnen door de achterliggende ideeëngeschiedenis waarbij hij laat zien welke juridische, feitelijke en normatieve ontwikkelingen aan de rond de eeuwwisseling tot stand gebrachte versterking van de positie van aandeelhouders in beursvennootschappen ten grondslag lagen. Als onderdeel van deze ideeëngeschiedenis geeft de auteur onder meer een separate beschouwing over de ontwikkeling van de rechtseconomische benadering van het ondernemingsrecht ('law & economics') waarbij hij ook de invloed van bepaalde daarin ontwikkelde ideeën en concepten op ondernemingsrechtelijke discussies in wetenschap en beleid probeert te duiden. Voorts bevat het boek nog een hoofdstuk waarin bij wijze van functionele rechtsvergelijking bepaalde ontwikkelingen op het gebied van ondernemingsrecht voor beursvennootschappen in Duitsland en in het Verenigd Koninkrijk worden beschreven. Voor wie is de publicatie met name bedoeld? In welk onderdeel van het werk is de publicatie voor de doelgroep cruciaal? Het boek is vooral bedoeld voor rechters, wetgevingsjuristen en advocaten die in de ondernemingsrechtelijke praktijk werkzaam zijn als ook voor ondernemingsrechtswetenschappers.

Schrijf een recensie

Velden met een * zijn verplicht

Specificaties

Uitgever
Wolters Kluwer Nederland B.V.
ISBN
9789013143676
Formaat
EPUB met digitaal watermerk
Publicatiedatum
Juni 2017
Bestandsgrootte
887507 bytes Kb
Taal
Nederlandstalig
Aantal Pagina's
706